Werk is belangrijk om mee te kunnen doen in de maatschappij. Dat zorgt niet alleen voor een zinvolle daginvulling, maar ook voor zelfvertrouwen en de financiële middelen om eigen keuzes te maken. Om DZN-bewoners stappen te laten zetten op de participatieladder, werken we samen met Flexis.
Flexis begeleidt mensen met een ondersteuningsbehoefte richting de arbeidsmarkt. Ze helpen onze bewoners bij het vinden van een passende baan of activiteit. Ook bieden ze begeleiding op de werkvloer voor een duurzame samenwerking tussen bewoners en hun werkgever. Onze vaste contactpersoon bij Flexis is Hayati Degirmenci. De re-integratiebegeleider en bokstrainer vertelt over ons prettige partnerschap.
Verschillende trajecten
“We hebben verschillende trajecten”, steekt Hayati van wal. “We starten met een modulair traject, waarbij we onderaan de participatieladder beginnen. We begeleiden een bewoner dan naar deelname aan een dagbesteding of activiteit. Daarna kan iemand doorstromen naar een Werkfit-traject, waarbij we samen werken aan competenties en talenten onderzoeken. Ook helpen we een arbeidsritme opbouwen en werknemersvaardigheden ontwikkelen. Zo stomen we iemand klaar voor de volgende stap.”
“Bij de derde route horen trainingen om echt aan het werk te kunnen gaan. Denk aan het opstellen van een cv en een motivatiebrief en het voeren van gesprekken. Deze trajecten slagen eigenlijk altijd, want we stellen haalbare doelen met bewoners. Zo zorgen we bovendien voor een succeservaring. Want van succes komt vanzelf het volgende succes.”
Veel voldoening
“Ik ben trots op onze re-integratietrajecten, omdat we jongeren hiermee écht verder brengen”, vervolgt Hayati. “Ze voelen zich gezien, krijgen een beter zelfbeeld en komen in hun kracht. Dat geeft superveel voldoening. Het helpt dat DZN-medewerkers en ik elkaar makkelijk weten te vinden. En ook dat onze organisaties veel op elkaar lijken: we zijn laagdrempelig, sociaal en werken met een groot hart voor de mens. Bewoners mogen bij DZN zijn wie ze zijn. En dat is in onze re-integratietrajecten natuurlijk net zo. Dat voelt goed voor ons als begeleiders. En het mooiste is: het wordt ook enorm gewaardeerd door de jongens en meiden.”
